Mama is haar sleutel kwijt

Mama is haar sleutel kwijt.
Hij ligt niet in het bakje in de hal.
Ze zoekt in elke tas en jas,
ze zoekt in alle hoeken.
Mama is haar sleutel kwijt.

Liesje helpt zoeken.
Ze kijkt in elke jas en tas,
onder elke pop en bal,
zelfs in de vaatwas,
en onder het tapijt.

Waar is die sleutel toch?
Liesje zegt: We kunnen erom bidden.

Mama zegt:
Da’s heel lief van je, Liesje,
en God wil zeker van je horen
maar vind je het niet beter
dat we hem hiermee niet storen?

Hij heeft beslist zijn handen vol vandaag
met al die mensen die we zagen op teevee:
die zieke kindjes zonder haar,
die mensen op een boot in zee,
dat verre land in de orkaan,
de brandweer in de bossen,
en al wie in die lange karavaan
aan sterven wil ontsnappen —
God is met elk van hen begaan.

Weet je hoe jij kan helpen, lieve meid?
Telkens als we binnenstappen,
let jij er op dat mama’s sleutel
in het bakje hier belandt.
Zo raakt hij niet meer kwijt
en neem jij wat werk uit Gods hand.

 

Vorig gedicht                 Volgend gedicht (gedichten van afscheid)